Meer info over Zwitserland: Rijn, Rhône en Jura

Veloland Schweiz
In 1993 kwam een clubje fietsenthousiastelingen, afkomstig uit diverse organisaties, voor de eerste maal in Olten bijeen. Dat resulteerde twee jaar later in de oprichting van de stichting Veloland Schweiz en in samenwerking met alle Zwitserse kantons werd het plan gelanceerd voor een netwerk van 9 nationale fietsroutes. In 1998 volgde de officiële opening van deze routes. Zie het overzichtskaartje op blz. 128. In datzelfde jaar werd de doelstelling van Veloland Schweiz verbreed, waaruit in 2008 Schweiz Mobil ontstond, het netwerk voor al het niet gemotoriseerd verkeer in Zwitserland. Een scala aan wandelroutes, skateroutes, mountainbikeroutes en kanoroutes werd ontwikkeld, waarbij goede aansluitingen op het openbaar vervoer van essentieel belang zijn. Naast de nationale fietsroutes heeft Veloland Schweiz ook 55 regionale fietsroutes bewegwijzerd, die zich vooral goed lenen voor het maken van een dagtocht.

Fietsen door Zwitserland maakt gebruik van 3 van de 9 Nationale routes, goed voor een 1000 kilometer lange ontdekkingsreis door het land, waarbij 16 van de 26 kantons worden doorkruist en de Rijn, de Rhône en de Jura als leidraad dienen.


Gasthof Zur Sonne, Stein am Rhein

Rijn
Van de bron bij de Oberalppass tot de monding in Hoek van Holland is de Rijn 1233 kilometer lang en daarmee na de Donau de langste rivier van de Europese Unie. Het is de belangrijkste Europese rivier voor de scheepvaart en liefst 50 miljoen mensen leven in het stroomgebied. Het Zwitserse deel van de Rijn meet 376 kilometer en kent twee bovenlopen: de Vorderrhein (Voorrijn) en de Hinterrhein (Achterrijn), die bij Reichenau ten westen van Chur samenvloeien. Als Alpenrhein stroomt de rivier vervolgens naar de Bodensee. Na het verlaten van de Bodensee gaat de Rijn verder tot aan Basel als Hochrhein.
Traditioneel geldt het Tomameer (Lai da Tuma) op 2345 meter hoogte aan de voet van de Piz Badus bij de Oberalppass als de bron van de Rijn. Een bronzen plaquette op een rots geeft hier een afstand van 1320 kilometer aan tot de monding, maar dat is onjuist. Door het Val Tavetsch stroomt de Vorderrhein, die in het Retoromaans Rain Anteriur wordt genoemd, naar Disentis, waar de Rein da Medel, in de jonge Rijn uitmondt. De Medelrijn ontspringt in Tessin en is met een lengte van 76 kilometer langer dan de Vorderrhein zelf. Een tweede belangrijke bronrivier, de Valserrhein voegt zich op zijn beurt in Llanz bij de Vorderrhein, waarna de rivier zich door de 13 kilometer lange en spectaculaire kloof Ruinaulta (Rheinschlucht) worstelt. Bij Reichenau komen Vorderrhein en Hinterrhein samen. Vanaf dit punt moeten nog 1160 kilometer naar de Noordzee worden afgelegd. De Hinterrhein ontspringt op 2276 meter hoogte aan de voet van de Rheinwaldhorn ten westen van de Passo del San Bernardino.

Noordelijk van Chur stroomt de Alpenrhein naar Landquart, waarna de rivier door dammen in toom gehouden zijn weg vervolgt naar Liechtenstein. De Rijn markeert 27 kilometer lang de westgrens van dit kleine vorstendom en gaat dan verder naar de Bodensee. Tot begin 20e eeuw vormde diverse Rijnarmen hier op de grens met Oostenrijk een dynamisch deltagebied dat door de aanwas van slib steeds verder in het meer uitstak. De hoofdader van de rivier werd afgesneden en het meeste water vloeit nu door een kanaal bij het Oostenrijkse Hard in het meer. In het westen ligt nog de oude rivierarm de Altenrhein, die de grens vormt tussen Oostenrijk en Zwitserland. Het hele deltagebied heeft een beschermde status. De Bodensee (in het Nederlands ook wel Bodenmeer of Meer van Konstanz genoemd) is met een maximale lengte van 63 kilometer bij een maximale breedte van 14 kilometer het op drie na grootste meer van Midden-Europa. Het diepste punt bedraagt 254 meter. Bij Konstanz verlaat de Rijn de Obersee, het oostelijk deel van de Bodensee, en vloeit als Seerhein over een afstand van vier kilometer naar de Untersee, het westelijk deel van de Bodensee. Bij Stein am Rhein eindigt de Bodensee en gaat de Rijn verder als Hoch­rhein. Een twintigtal kilometer stroomafwaarts passeert het water bij Schaffhausen de in naam grootste waterval van Europa. Bij het Zwitserse Koblenz komt de belangrijke zijrivier Aare erbij, die tot dit punt een grotere waterafvoer heeft dan de Rijn. Verwarrend genoeg wordt de Rijn tot Basel vanaf dit punt door de Zwitsers ook wel Niederrhein genoemd, net als de Niederrhein in Duitsland tussen Koblenz en de Nederlandse grens. Vanaf de stuw bij Rheinfelden, 17 kilometer voor Basel, is de Rijn voor het eerst bevaarbaar. In het centrum van Basel bij de zogenaamde Rheinknie, maakt de Rijn een knik naar het noorden voor de lange weg door Duitsland, Frankrijk en Nederland naar de Noordzee. Van bron tot monding is het water gemiddeld 31 dagen onderweg, waarvan alleen 21 dagen voor de passage van de Bodensee nodig zijn.

Een reis langs de Rijn in Zwitserland betekent ook een ontdekkingstocht langs het rijke culturele erfgoed dat in de loop van de geschiedenis in de steden aan de rivier is ontstaan. Hoogtepunten langs de route zijn Basel, Augusta Raurica bij Kaiseraugst, Rheinfelden, Rheinau, Schaffhausen, Stein am Rhein, Konstanz, Steckborn, Arbon en Chur.

Rhône
Hemelsbreed nog geen 20 kilometer van de Rijn ontspringt op 2209 meter hoogte aan de westkant van de Furkapass de Rhône uit de Rhônegletsjer. Precies over de Furkapass loopt de waterscheiding tussen de Noordzee en de Middellandse Zee. Na een reis van 812 kilometer eindigt de rivier in de Franse Camargue, waar de Rhône een uitgestrekte delta aan de Middellandse Zee heeft gevormd.
De lengte van de rivier bedraagt in Zwitserland 290 kilometer. De bovenloop van de Rhône in Ober-Wallis wordt Rotten genoemd, in het plaatselijke dialect Rottu. Het water stroomt hier zeer snel.
Kort voor Brig voegen de smeltwateren van de grootste gletsjer van Europa, de Aletschgletsjer, zich via de Massa bij de rivier, die als Rhone (Duits) of Rhône (Frans) door Wallis verder stroomt. In Wallis stromen uit talloze zijdalen evenzovele bergbeken uit de Alpen toe, zoals de Saltina bij Brig, de Vispa bij Visp, de Navisence bij Sierre en de Borgne bij Sion. Het grillige karakter van de rivier en ontelbare, verwoestende overstromingen leidden er toe dat al tussen 1863 en 1894 de rivier werd gekanaliseerd. Een tweede riviercorrectie vond tussen 1930 en 1960 plaats en sinds 2008 is een derde in uitvoering. Bij Martigny mondt de Dranse uit en beschrijft de Rhône een scherpe knik noordwaarts naar het Meer van Genève. Daar vormt de rivier tussen Le Bouveret en Villeneuve een delta met rietmoerassen en bos. Het Meer van Genève, of Lac Léman op zijn Frans, is van oorsprong een gletsjermeer, dat ontstond toen 15000 jaar geleden in de laatste ijstijd de Rhônegletsjer zich van hieruit terugtrok naar zijn huidige plek op de Furkapass. Het is het grootste natuurlijke meer van West-Europa en is maximaal 73 kilometer lang bij een maximale breedte van 14 kilometer. De grootste diepte bedraagt 310 meter en door de moeizame menging van kouder en warmer water duurt het gemiddeld liefst 12 jaar voor de Rhône als belangrijkste waterbron de watervoorraad volledig heeft ververst.

Bij Genève stroomt de Rhône het meer uit en sluit de Arve zich vanuit Frankrijk bij de rivier aan. Twintig kilometer verder bij Chancy verlaat de Rhône Zwitserland en moet dan nog 522 kilometer door Frankrijk afleggen naar de Middellandse Zee.

Langs de Rhône en het Meer van Genève is veel stedenschoon te bezichtigen. Brig, Leuk, Sierre, Sion, Martigny, St.-Maurice en Aigle vormen de hoogtepunten in Wallis. Langs het Meer van Genève zijn Montreux, Vevey, Lausanne, Nyon en Genève de fraaiste steden.


Markt van Stein am Rhein

Jura
De Jura is een 200 miljoen jaar oud middelgebergte dat zich over een lengte van 300 kilometer in de vorm van een halve maan op de grens van Frankrijk en Zwitserland uitstrekt. Deze naar het zuidoosten open boog wordt ook wel de Arc Jurassien genoemd. In het zuiden wordt de grens met de Alpen gemarkeerd door de Rhônebocht bij Chambéry, in het noordwesten vormt de Doubs de grens en in het noordoosten de benedenloop van de Aare. Aan de Franse kant volgen de bergketens elkaar terrasvormig op van 500 meter tot ruim 1700 meter. Aan de Zwitserse kant is er een veel steiler verval naar de Zwitserse hoogvlakte en het Lac de Neuchâtel. Dat levert steile beklimmingen op voor wie in de Jura van het zuidoosten naar het noordwesten fietst.

De hoogste berg is met 1720 meter de Crêt de la Neige op Frans grondgebied. In Zwitserland reikt de Jura op de Mont Tendre tot een hoogte van 1679 meter. Zie traject 10. Het grootste meer van het Juramassief is het Lac de Joux. Zie eveneens traject 10.

De belangrijkste rivier van de Jura is de Doubs, die in het Franse Mouthe ontspringt en over een flinke lengte een nauwe kloof vormt op de grens met Zwitserland. De rivier beschrijft bij St.-Ursanne een grote lus en keert dan terug naar Frankrijk, waar hij na 430 kilometer in de Sãone uitmondt. Deze komt op zijn beurt in Lyon weer in de Rhône uit. In de Jura liggen weinig steden. Toch zijn er wel een paar plaatsen langs de route die uit het oogpunt van cultuurhistorie de moeite waard zijn: Vallorbe, La Chaux-de-Fonds en St.-Ursanne. Ook het klooster van Mariastein bij Battwil is een bezoek waard.