Op Fietssafari langs de Hanzeroute
André Ramault januari 2000, foto's © André Ramault
"Het spoor kwijt en geen weg meer. Wat nu?
Een fietssafari van 1775 km voor gemotiveerde doorbijters."
Een tijdje na het beëindigen van deze route op 8 juli 1999, las ik dit schakeltje in ons tijdschrift nr. 3/1999: “Hallo, ik ben een Belgische jongen van 18 jaar en ben verzot op lange fietsreizen. België, Nederland, Santiago, Rome, heb ik reeds gedaan. Ik vind geen uitgestippelde route meer met aangeduide campings. Rara wie kan mij helpen? De Hanzeroute wil ik niet doen. Ierland ook niet. Help.”
Waarom wil iemand de Hanzeroute al dan niet fietsen? Aan de hand van dit routeverslag wil André Ramault op deze vraag ingaan. Als proloog gingen Frans Pelgrims en ik – twee prille zestigers – van start in het Belgische Westerlo. Via onder meer het “Bels Lijntje”, het bosfietspad van 33 km over de oude spoorwegberm Turnhout-Tilburg, bereikten we de routestartplaats. De volgende morgen zocht mijn radeloze gezel tevergeefs naar zijn bril. Maar de chef van sporthuis Stehmann in Zaltbommel repte zich met Frans naar zijn opticien, en met een gesponsorde bril gingen we twee uur later dan voorzien van start.
Water
De Hanze-route volgt een traject langs een aantal historische Hanzesteden. Het vervoer tussen deze noordelijke handelssteden ging in de Middeleeuwen grotendeels over water. Op het Nederlandse traject fietsten we vaak over dijken langs de Waal, de Oude Rijn, de IJssel en langs kanalen. Veerpontjes – tolgeld 1 à 2 gulden – brachten ons herhaaldelijk naar de overkant. Het bezorgde ons buikkriebels, maar de ruimte tussen de staven van de veeroosters houdt schapen keurig langs de dijken. Nog tot een stuk in Friesland volgt de route het bijna gelijklopend traject van de bewegwijzerde LF3b Rietland- en Hanzeroute. Klokgelui op zondag in het gestrenge Genemuiden en uitkijken voor de traditioneel uitgedoste families die massaal kerkwaarts stappen.
De veerpont naar Zwartsluis over het 'Zwarte Water' brengt ons in een andersoortig waterrijk Nederland. Bij Kalenberg, op de grens met Friesland, genoten we mateloos van het riet-, moeras- en veenlandschap van de Weerribben, een natuurgebied met de status van Nationaal Park. Het supersmalle fietspad langs de Kalenbergergracht (de 'waterstraat' naar Ossenzijl) gaat op en neer over tientallen houten slotenbrugjes. De bewoners roeien onderdoor, want elk vervoer gaat over water. Hier kweekt Nederland zijn roeikampioenen. Friesland met zijn open weidelandschap, herinnerde aan legendarische plaatsjes uit de Elfstedentocht. Na Drenthe met zijn grensoverschrijdende hunebedden, loopt de route door Oost-Groningen. Hier wijst ecologisch Europa de weg voor wat scheefliep met de naoorlogse landbouwpolitiek: de natuur herovert er duizenden hectare braakliggend akkerland, en af en toe merk je dat. Het Nederlandse traject eindigt voorbij het ommuurde vestingstadje Boertange.
Natuurparken
Zonder bepaald waterschuw te zijn, kenmerkt het Duitse traject zich meer door zand-, bos-, grind- en andere niet-verharde wegen. In de voormalige DDR komen daar nog duin-, kasseien- en de in de lengte of in de breedte liggende betonplatenwegen bij. Het is vooral de wegstructuur van het Duitse traject, en meer nog van het oostelijk deel, die het karakter van de Hanzeroute bepaalt. In Duitsland fietsten we bijna autovrij door bosrijke natuurparken.
Over de dijken van de Weser en de Werdersee bereikten we de Markt van de ‘Freie Hansestadt Bremen’. 'Das Altes Land' langs de Elbe pronkte met zijn kunstzinnig versierde vakwerkhuizen, terwijl rijpe kersen ons op plukhoogte uitdaagden op de hoge ‘Grünendeich’.
We fietsten door de Lüneburger Heide en door het natuurpark Lauenburgische Seen naar Lübeck, een van de hoogtepunten van het Hanzeverbond en van de route. De geschikte plek dus voor wat cultuur na het overweldigend natuuraanbod. Het Buddenbrook museum, genoemd naar de roman van Nobelprijswinnaar Thomas Mann, stelt de familie Mann centraal, maar schetst met authentieke documenten en met veel fotomateriaal, een tijdsbeeld van het Duitsland aan het begin van deze eeuw.
De gedenksteen even voorbij Travemünde met de tekst "Nie wieder geteilt – 3 Febr. 1990", herinnert aan de voormalige inter-Duitse grens. Deze nu historische scheidingslijn betekent ook een keerpunt in de Hanzeroute. Je voelt er de 'wegenshock' aan het kasseien- en betonplatengebonk en aan de slijtagesporen op het asfalt. Je hoort en ziet nog pruttelende Trabantjes, nu gekoesterd uit ‘ostalgie’. Vanaf de deelstaat Mecklenburg-Vorpommern herinnert nog veel aan het andere Duitsland dat ik op de fiets ontdekte in juli 1990.
Maar fietsen langs de Oostzeekust op het pad met wegdrijvend duinzand, was met onze fietsen (32 mm banden) geen haalbare kaart: na zowat elke 50 m fietsen volgde minstens 200 m lopen met loodzwaar fietsduwen. Rechtsomkeer dus en improviseren op asfalt. De schaarse wegwijzers naar een volgend dorp en de daarvoor ongeschikte reisgidskaartjes, dwongen ons tot constant puzzelen en vraagwerk. Dit ging gepaard met een hartelijkheid die ook dit Duitsland anders maakt. Zoals ook sommige campingrecepties die om 19 uur sluiten, en de verlaten gebouwen van staatsboerderijen. De Poolse autokentekens wezen de herkomst aan van de plukkers op enkele aardbeienvelden. Wij deden onaangekondigde smaakproeven en de bevindingen waren ok.
Voorbij Warnemünde fietsten we langs de Oostzee naar het schiereiland Darss, en via autoveren een stukje door het rurale eiland Rügen en door het in zijn geheel beschermde eiland Usedom. We kampeerden er op de camping van Kamminke, een vergeetplekje tussen water en een strookje Poolse grens zonder doorgang. Onze komst verraste ook de campinguitbaters.
Voorbij Anklam in Ostvorpommern loopt de route over een half verzopen betonplatenweg door het moerassig vogelreservaat Anklamer Stadtbruch. Dit is de topattractie van de route! Ook wie blind is voor fauna, flora en waterwild, geraakt in de ban van het overweldigend vogelgekwetter in dit uniek natuurdecor.
Na de Uckermünder Heide in Neubrandenburg volgden kleinere natuurreservaten elkaar op in het grote Biosphärenreservat Schorfheide-Chorin. Is dit indrukwekkend natuuraanbod niet een van de positieve gevolgen van de Koude Oorlog-periode? Hier kregen projectontwikkelaars vóór de Wende geen voet aan (in) de grond. Bordjes met het logo van een beschermde vogel wijzen de vele 'Naturschutz'-gebieden aan. Ook het enthousiasme van de parkwachters en het groot aanbod aan natuurpublicaties zijn opmerkelijk.
Klunen
De Oder, de Pools-Duitse grensrivier, kreeg een decennium terug de nieuwe rol van barrière tegen westwaartse immigratie. We ontmoetten er veel, weinig loslippige grenswachters. Aan Duitse kant is de dijkoever een stukje hoger dan aan Poolse kant; bij de overstromingen van 1997 veranderde het Poolse Odergebied in een binnenzee. We reden ons hopeloos vast en we verloren het noorden in het natuurpark Märkische Schweiz rond Buckow. Een voormalige Oost-Duitse vrachtwagenchauffeur scheurde de passende bladzijde met een alternatieve route uit zijn overjarige atlas. Geen tien minuten later had hij ons bijgehaald met zes vitaminedrankjes.
Omstreeks 20.45 uur bereikten we na een fabelachtige zoektocht door het woud de jeugdherberg van Münchehofe. De chef dekte meteen de tafel voor het avondmaal. Na een nachtje donder en bliksem, stortregens en een windhoos, begonnen we aan de laatste etappe. Het werd een rit in de echte Hanzeroute-stijl. We fietsten tussen afgebroken takken en stronken, en bij een aantal wegbrede modderbaden zochten we een uitweg door tegen, of over een gracht langs de wegkant te klunen. De tocht eindigde met felicitaties op de toeristische dienst van Hanzestad Frankfurt/Oder. Nog dezelfde namiddag spoorden we met de fietsen naar Berlijn (Friedrich Bahnhof) en we reserveerden fietsplaatsen voor de terugkeer over twee dagen. ’s Anderendaags bezochten we de nieuwe Duitse hoofdstad, een stad met fietsriksja's, duizenden tweewielers en een fietstransport-vriendelijke S-Bahn.
Fietssafari?
Al in de vorige eeuw verkende David Livingstone de Zambesi en de Victoriafalls (1855). Ongekend terrein moet je nu ondergronds of in de ruimte zoeken. Geen geschikte plaatsen voor een fietsreiziger. Een creatief antwoord is: 'ontdekken' vervangen door 'uitdagingen dichtbij'. Valère Camps tartte begin mei besneeuwde Franse bergpaden en hij beleefde een fantastisch fietsavontuur (zie nr. 2/1999).
Ook de Hanzeroute zit in de richting van 'een avontuur dicht bij de deur'. Het fietsen van deze route heb ik ervaren als een zwerftocht met safaritrekjes, door een nog verrassend wilde natuur. Voorbij de Duitse grens in Emsland wordt de trend gezet: we fietsen over beboste zandruggen rond Börger, door de Harrenstätter Heide, het Eleonoren Wald, het Herzogsbusch en langs de Thülsfelder Stausee met beschermd vogelreservaat. Op het wegenmenu: “Een zandweg, grindweg, verderop weer grindweg, tegelstrokenweg, zandweg, slechte grindweg, bospad, zandweg met fietsstrook, 500 m slechte zandweg (zie p. 91).” Met symbolen en pictogrammen - je betaalt aanvankelijk leergeld! - worden de opeenvolgende richtingsveranderingen weergegeven. Een voorbeeld: "66.2 Ew La en na 300 m Ra ; 69.2 Ew La en even verderop Ra ; 70.6 op viersprong Rd .” (Zie vooral de legenda eerst)
Op het terrein is de ene wegwijziging al beter herkenbaar dan de andere. De route terugvinden langs dit selectieve parcours is tijdrovend. Vanaf waar ging het fout? Wij keerden terug naar een vorig herkenningspunt, of richtten het kompas naar een volgend plaatsje binnen kaartbereik.Enkele keren was de desoriëntatie zo grondig dat we - zoals in het sprookje - in het bos verdwaalden! Ik deed bedevaart- en kaarsenbeloftes om nog vóór de avond asfalt te bereiken. Maar fietsmaat Frans maakte zich minder zorgen: "Waar vind je nog een rustiger plek voor de tent?"
Het puzzelgehalte om bepaalde (bos)paden te vinden was soms bijzonder hoog. De routebeschrijving b.v. tussen Seehausen en Quast (oostelijk Duitsland) is nochtans duidelijk: “111.8 Direct vóór de spoorbaan Ra. Het smalle pad langs de spoorbaan volgen”. Samen met een buurtbewoner speurden we naar een pad langs die spoorbaan. We ontdekten alleen opgeschoten gras, onkruid en hoge rietstengels. Die man ontmoedigde krachtig verder zoekwerk: “Kein Pfad, ich wohne hier, nicht möglich, nein!” Uit schrik voor een pak rammel wachtten we tot de man verdwenen was. Na ruim een kilometer striemend kuitengemartel langs de spoorbaan, tekende zich toch een pad af. Wannet koestert de echte doorzetters! En zeg nu zelf, het oprakelen van die korte broekentijd met de 'padvinder van toen', het houdt een mens jong!
De auteur houdt ons voor: "Maar, het moet gezegd worden, men komt daar (ex-DDR) ook de mooiste fietspaden van de hele route tegen.” Ik deel zijn kwalificatie van ‘mooiste fietspaden’ volledig. Maar zet de benaming ‘fietsroute’ mensen niet op het verkeerde been? Mijn fietsgezel zeurde onderweg zo dikwijls: "Dit is een route voor mountainbikes!" Een ‘mountainbikeroute’ dan maar? Of..., een fietssafari!
Besluit
Onze appreciatie van de route werd onderweg herhaaldelijk bijgesteld. Na rotwegen en verkeerde wegkeuzes verwens je de auteur, maar een prachtig bospad volstaat voor euforie. Wij onthouden vooral dat we een stukje paradijselijk Noordoost-Duitsland ontdekten, waarvan we het bestaan niet eens vermoedden.
De Hanzeroute is niet voor iedereen weggelegd en is geen prestatiegerichte route. De ingesteldheid van de routerijder weegt zwaarder door dan de moeilijkheid van de route. Je zit goed wanneer een ‘onmogelijke’ opdracht een uitdaging wordt. Een mountainbike helpt aanzienlijk, en een tent bezorgt je de vrijheid voor dagetappes op maat. En, hoe korter de dagetappe, hoe minder een onvolledige wegbeschrijving irriteert.
Wij dachten al alles qua fietsreizen meegemaakt te hebben. Een vergissing. Deze route is anders!
Uitkijken naar deel 2, de meer zuidelijke fietsroute van Frankfurt/Oder naar Zaltbommel.
André Ramault
Praktische informatie Er naartoe De gratis brochure ‘Bahn & Bike’ (uitgave febr. 1999) bevat 84 blz. info over fietsvervoer per trein. Info ‘Radfahrer-Hotline’: 0180/3194194 (diensturen). Reservatie en boeking: 0180/5996633 (24/24 uur). Overnachten Wij sliepen op campings (goed aangeduid in de gids) en in vier jeugdherbergen (Bremen, Lübeck, Barth, Münchehofe). Het aantal campings in oostelijk Duitsland is beperkt. In Berlijn is geen camping en alle jeugdherbergen (juli) waren allang volzet. We ontdekten het pas geopende 'The Club House Hostel', met kamerkeuzes, jeugdherbergprijzen en centraal gelegen op 5 minuten van Friedrich Bahnhof. Het fietsen De (hoofd)route is 'om praktische redenen' in 16 trajecten verdeeld, niet bedoeld als dagetappes. Op het Duitse traject is een dagetappe van 100 km (te) ver. Het weer - dus de toestand van de niet-verharde wegen - en extra speurwerk na foute wegkeuzes, bemoeilijken een strakke routeplanning. In de ex-DDR wordt geïnvesteerd in nieuwe wegen, en er zijn opvallend veel wegenwerken aan de gang. Het heeft een weerslag op het nog actueel zijn of de volledigheid van de routebeschrijving. Met 'keienweg' bedoelt de gids 'kasseienweg' of 'kasseistenenweg', een weg met Oost-Duitse (Vlaamse) kinderkopjes! Verrast betaalden we leergeld. Vergeet op zulke wegen vooral poetsdoeken en olie niet. Een tweede kilometerteller om de afstand naar de volgende wegverandering in te stellen, is zeer handig. Met de 42 (zwart-wit)routekaartjes 1:150.000 alleen red je het niet. Een kompas helpt het kaartgebruik. De windrichting als bijkomende indicatie bij een complexe wegkeuze, zou bijzonder nuttig zijn! |